Franse Class
Zwarte zaterdag in Frankrijk. De eerste reeks passantenhotels in Poitiers is complet, noodgedwongen trekken we ’s avonds verder noordwaarts over de D910. In de oksel met de Rue Albin Haller staat links het Class-Hôtel, een geblokt complex met het parkeerterrein aan de voorkant. Er staan weinig auto’s, er is hoop.
We rijden om het geheel heen, in de verwachting een toegangshek aan te treffen, maar neen, het hotel ligt vrij in het industriële landschap. We parkeren aan de linkerkant; de auto staat bijna op de vluchtstrook, in feite scheidt alleen de berm het terrein van de doorgaande weg.
De ontvangst is allerhartelijkst. Jazeker, er is plek voor de nacht. De stevig gebouwde eigenaar diept een robuuste ordner op, duwt een stapel papieren weg waarin we ook een kerstkaart menen te ontdekken en signaleert dan op de pagina van vandaag dat kamer 6 op de begane grond vrij is. Inclusief twee keer ontbijt en toeristenbelasting betalen we iets meer dan 55 euro voor dit avontuur.
Een welgemeende goede nacht
Zijn frêle vrouw, ook uiterst voorkomend van aard, print de Wifi-codes uit die 24 uur gratis geldig zijn. Of we nog van het diner gebruik willen maken? Neen? Geen probleem, dan wensen we u een goede nacht en zien we u graag terug voor het zondagsontbijt, dat tussen 8 en 10 uur in deze zaal wordt geserveerd. Uw kamer ligt rechtdoor in de gang, aan de linkerkant. Nog een prettige avond. Oh ja, hier is een tweede handdoek, in de kamer ligt er slechts één.
Met een goed gevoel steken we verderop de sleutel in de deur. De toegang is her en der beschadigd, maar binnen is alles schoon: het tweepersoonsbed, het kastje en de natte cel, met daarin WC, douchecabine en wasbak. Ik probeer het raam open te doen. Dat lukt eerst niet, omdat ik niet precies weet of de hendel omhoog of omlaag moet en ik eerlijk gezegd ook niet te veel druk op dit metalen exemplaar durf uit te oefenen. Het geheel blijkt aan de onderkant een beetje te klemmen, dat is alles.
Met de frisse lucht dringt ook het gevoel binnen dat we bij twee aardige, rustige mensen een prettige plek hebben gevonden, op zo’n dag dat heel Frankrijk zich op vakantie dringt en veel Noordeuropeanen gespannen naar huis racen. Wij doen even niet mee, we verlengen met alle plezier de vakantie met een dag. Uit voorzorg halen we natuurlijk wel alle waardevolle spullen naar de kamer, zo staat ’s nachts ook de complete racefiets tegen de radiator.
Jus en andere zoetigheid
’s Morgens hetzelfde beeld: man en vrouw uiterst vriendelijk aan de slag in hun onderneming, die ze inmiddels vier jaar bezitten. Het ontbijt is vol Franse zoetigheid; op het roze servet op ons bord liggen twee bakjes jam, in een mandje twee roombotercroissants en twee stukken stokbrood, verser dan vers. Verder keuze uit twee soorten boter, thee en koffie wordt aan tafel geserveerd, de jus d’orange zit in een thermoskan op een bijzettafeltje in de hoek van de eetzaal. Heerlijk ongecompliceerd.
Als de eigenaar even door zijn taken heen is, bladert hij op zijn gemak achter de bar door de ochtendkrant. Je gunt hem die momenten; net zoals we het dit stel gunnen om deze zaak met een kleine 30 kamers tot een succes te maken. Natuurlijk, het geheel kan een verfje hebben, en de vloerbedekking is lokaal aan vervanging toe, maar wat service en klantvriendelijkheid betreft staat Class-Hôtel op eenzame hoogte. Van de eigenaren van dit 1-sterrenhotel aan 2 Rue Eugène Chevreul kan menig 3-sterrenhotelier nog veel leren.