Gezocht: inpakcursus voor gevorderden!
O, wat kan ik ze benijden… mensen, en dan vooral collega's, die op reis gaan met een minimale hoeveelheid spullen en het dan toch voor elkaar krijgen er uit te zien of ze hun complete kledingkast met zich hebben meegezeuld. Onberispelijk en om door een ringetje te halen. Zelfs tandenborstel en shampoo ontbreken niet. Schoolvoorbeelden van ‘traveling light, zijn het. En ik hang kwijlend van bewondering boven hun minimale bagage.
Wie op reis gaat moet spullen meenemen. Al naar gelang de lengte van de reis meer of minder, maar je ontkomt niet aan het inpakken van op zijn minst wat ondergoed, bovengoed en toilet spullen. En daar gaat het bij mij mis. Niet op vakantie, want dat weet ik precies wat ik moet inpakken, al kun je met de beste wil van de wereld ook dan het aantal spullen niet minimaal noemen. Maar op pers- en zakenreizen ga ik helemaal los. Want als niet voor 100 procent zeker is wat voor weer het wordt, stop ik voor de zekerheid maar voor zowel mooi als slecht weer spullen in de koffer. En bij de omschrijving ‘Neem wandelschoenen mee’ dringt zich direct de vraag op of dat nu stevige stappers of sportschoenen moeten zijn. Allebei mee dan maar. En voor het mooie weer ook nog een paar open schoentjes. O ja, ook een wat eleganter modelletje voor ’s avonds. En die handige slippers roepen ook 'mee, mee, mee'.
Shirts, jurkjes en broeken
Vier paar schoenen dus. En dan de kleding. Je wilt toch niet elke dag in dezelfde broek met t-shirt lopen? Vakkundig mik ik wat setjes de koffer in. En een extra lange broek. Natuurlijk voor de avond nog wat ‘netters’, en om helemaal goed beslagen ten ijs te komen ook maar iets van een jurkje mee. Je weet natuurlijk nooit.
Door naar de overige spullen. Te beginnen met een toilettas met handig rolletje tape voor als iemand (of ik) door zijn enkel gaat. Een flesje zonnebrand - vergeet ik overigens vaak te gebruiken - en een potje anti-rimpelcrème. Dat vergeet ik dan weer niet te smeren, want dat proces gaat tijdens de reis nou eenmaal gewoon door.
Vervolgens ondergoed, zwemspullen en sokken. Dan op zoek naar alle opladers (waarom zijn die dingen nog steeds niet universeel), laptop, fotocamera's en nog een notitieblok. Mijn e-reader ook maar niet thuislaten en o ja, dat kleine parapluutje is ook wel makkelijk. Er was immers kans op regen. Tot slot nog een pak crackers mee voor het geval ze geen brood hebben (ik volg een glutenvrij dieet) en dan is de koffer vol.
Dicht doen is vervolgens weer een ander verhaal, maar met wat kunst en vliegwerk lukt dat, en kan de reis beginnen. Eenmaal in mijn hotelkamer lijken de spullen in de koffer ongeduldig te worden en willen er allemaal uit. Wanhopig zoek ik in de ontplofte stapel op het bed naar net dat ene truitje.
Minder meenemen. Briljant idee! Wie geeft er een cursus ‘Weinig inpakken en toch genoeg bij je hebben?’